top of page

Verder studeren na KSO. Hoe liggen de kansen op succes?


Als hun zoon of dochter aangeeft dat zij graag naar het KSO zouden willen gaan, maken ouders zich bezorgd over de toekomst van hun kinderen. Gaat Liese of Yannick na het KSO wel voldoende basis hebben om met kans op succes aan een opleiding in het hoger onderwijs te beginnen? Die bezorgdheid is een normale reactie. Kiezen voor KSO is een stukje kiezen voor onzekerheid. Kiezen voor een verdere opleiding in de kunsten en een leven als professioneel kunstenaar is zeker geen keuze voor een comfortabel en veilig bestaan. En als je na de jaren in het KSO ontdekt dat je toch niet verder wil studeren in de kunsten, is je basiskennis dan voldoende om naar het hoger onderwijs buiten de kunsten te gaan? Een dubbele vraag die wij in het KSO maar al te goed kennen. Meer nog, het is een vraag over onze diepste identiteit. Slagen wij er in onze dubbele finaliteit, artistieke competentie en brede algemene vorming, echt te realiseren? Zijn de jongeren die bij ons een KSO-diploma halen inderdaad voorbereid op hoger onderwijs binnen, maar ook buiten de kunsten? In de! Kunsthumaniora, Antwerpen proberen wij nu een antwoord op die vragen te vinden door cijfers van instroom en doorstroom te verzamelen en te interpreteren. Wat hebben wij daar nu uit geleerd? Er is een verschil tussen de podiumkunsten en de beeldende kunsten. De leerlingen van de podiumkunsten worden in het KSO pas ingeschreven na een toelatingsproef. Daardoor is de doorstroom naar hoger kunstonderwijs voor hen meer voor de hand liggend. Leerlingen uit de afdeling muziek en dans stromen voor méér dan 80% door naar het hoger kunstonderwijs in Vlaanderen of het buitenland. In de afdeling woordkunst-drama stroomt 67% door naar het hoger kunstonderwijs in Vlaanderen of Nederland. Hun studierendement is met 80% hoger dan het Vlaams gemiddelde. De instroomcijfers van Conservatorium Antwerpen bevestigen dit. In het visitatierapport van de opleidingen Drama lezen wij dat bij de toelatingsproeven voor die opleiding in Conservatorium Antwerpen zo’n 330 leerlingen zich aanmelden. Daarvan werden er 43 toegelaten, waaronder 11 of 25% die uit KSO komen. Wat veel meer is dan het relatief aandeel van leerlingen woordkunst in het totaal aantal kandidaten. Dus het slaagpercentage van leerlingen uit KSO is groter dan dat van leerlingen uit het ASO. Naast de leerlingen die doorstromen naar het hoger kunstonderwijs, start ook nog 25% van de afgestudeerden uit KSO Woordkunst-Drama in een professionele bachelor meestal in een sociale richting of onderwijs. Ook daar is het studierendement met 62% méér dan gemiddeld. De enkele leerlingen die uit de afdelingen dans en muziek doorstromen naar het hoger niet-kunst onderwijs behalen meestal goede resultaten in het hoger onderwijs. Uit een bevraging van deze leerlingen blijkt dat zij hun goede resultaten wijten aan hun sterke motivatie en hun discipline die zij geleerd hebben in de! Kunsthumaniora. Het beeld van de doorstroming van onze leerlingen uit het studiegebied podiumkunsten is dus positief. Wij slagen er in onze dubbele finaliteit waar te maken omdat in het kunstsecundair onderwijs de algemene vorming niet alleen gegeven wordt in de algemene vakken. Ook in de kunstvakken worden competenties nagestreefd die belangrijke factoren zijn om te slagen in het hoger kunstonderwijs. Ook artistieke vakken leren analyseren, reflecteren, transfereren. Daarnaast leren de kunstvakken ook attitudes als doorzettingsvermogen en zorgvuldig en diepgaand werken aan. En ook die attitudes verhogen de kans op slagen in het hoger (kunst) onderwijs.

Laatste berichten
Archief
bottom of page